In een eerdere
column heb ik verschillende varianten van beleggen besproken, waar execution
only, advies en vermogensbeheer de revue zijn gepasseerd. In navolging
op het onderscheid tussen de verschillende beleggingsvormen is een volgende
belangrijke keus of u als belegger (zelf, of via een adviseur of
vermogensbeheerder) de markt actief of passief wilt benaderen.
Actief versus passief: de verschillen
In eerste instantie lijkt het alsof de gebruikte terminologie ‘actief en
passief’ beleggen niet tot enige onduidelijkheid zou kunnen leiden.
Als je echter op het internet ziet hoe beide termen worden gehanteerd, zal het
je verbazen hoe vaak hier verschillende zaken mee worden bedoeld: de ene
keer wordt het onderscheid gebaseerd op de handelsfrequentie binnen de
beleggingsstrategie, een andere keer op basis van de tijdshorizon van de
belegger (waarbij lange-termijnbeleggen vaak wordt geassocieerd met passief
beleggen, de zogeheten buy and hold strategie) en op het wel of niet willen
verslaan van een benchmark (of index).
Mijns inziens heeft de terminologie actief beleggen simpelweg te maken met
actief handelen en dus met de handelsfrequentie binnen de
beleggingsstrategie. Het is namelijk heel goed mogelijk om ook met een
lange-termijnvisie actief de markt te benaderen. Dat iemand een
lange-termijnvisie heeft, zal hem of haar niet weerhouden er een actieve
strategie op na te houden indien hij of zij de overtuiging heeft dat dit
rendement zal toevoegen aan de portefeuille.
De scheidslijn tussen actief en passief beleggen en de behoefte om de markt
wel/niet te willen verslaan is echter minder duidelijk.
Omdat actief dan wel passief beleggen mijns inziens de uitkomst is van de
handelsfrequentie, gaat mijn voorkeur ernaar uit om voor pogingen om de
markt te verslaan (outperformance) de term alfa te hanteren, en voor het
volgen van de markt de term beta te gebruiken. De verwarring in de
terminologie is simpelweg het gevolg van het feit dat voorstanders van
actief handelen beweren dat dit leidt tot bovengemiddelde prestaties (alfa).
Leidt actieve strategie tot alfa?
Voorstanders van een actieve strategie beweren dat actief handelen de sleutel
tot succes is, en dat het alleen op deze manier mogelijk is de markt te
verslaan en dus een outperformance te realiseren.
Door het analyseren van jaarverslagen, trends en historische gegevens menen
deze beleggers in staat te zijn marktontwikkelingen te kunnen voorspellen.
Het kan daarbij best eens voorkomen dat het jaarrendement boven dat van de
index uitkomt. Maar zal dat ook zo het jaar erna zijn? En het jaar daarop?
Wetenschappelijke onderzoeken wijzen uit dat het beleggers op de lange termijn
niet lukt om de markt te verslaan. Punt. Analisten en beleggers, zowel
particulieren als professionals, zijn simpelweg niet in staat te voorspellen
welke beleggingen gaan stijgen of dalen.
Jaar op jaar wordt dit (pijnlijk) duidelijk gemaakt door de welbekende
beursgorilla, die aan de hand van bananen aandelen uitkiest en hiermee een
hoger rendement behaalt dan de meeste beleggers en analisten. En al zouden
we de juiste belegging weten, weten we dan ook op welk punt of op welk
moment je moet instappen?
Conclusie is dat we niet goed zijn in stockpicking of markttiming,
gewoonweg omdat de toekomst zich niet laat voorspellen. Als je hierbij ook
meeneemt dat actief beleggen hoge kosten met zich meebrengt, de
transactiekosten lopen immer op bij elke aan- of verkoop, blijkt dat het 95
procent van de beleggers op lange termijn niet lukt om de markt te verslaan.
Dan kun je voor die eventuele klapper net zo goed naar het casino gaan, heb je
ook nog eens een leuke avond.
Beta is beter?
Waar actieve beleggers middels actief handelen proberen de markt te verslaan,
zijn passieve beleggers er niet van overtuigd dat ze het beter kunnen dan de
markt. Misschien komt dit door ervaring, het wantrouwen jegens actief
beleggen of gewoonweg omdat men een hogere risicoaversie heeft. Want dat is
het belangrijkste kenmerk van passief beleggen; je volgt in principe een
index, zoals de AEX, de MSCI of Dow Jones.
Stijgt de index, dan stijgt ook de waarde van jouw portefeuille. Daalt de
index, dan daalt ook de waarde van jouw portefeuille. Geen onverwachte aan-
en verkoop van effecten, geen pieken en dalen, geen extreme risico’s, maar
ook geen extreme rendementen. Want toegegeven, actief beleggen biedt de
mogelijkheid dat je misschien ooit een klapper maakt, al is die kans klein.
Zoals ik aangaf, blijkt uit wetenschappelijk onderzoek dat het niet mogelijk
is om op lange termijn de markt te verslaan. Om deze reden is de markt
volgen een interessante beleggingsvorm. Ook is indexbeleggen overzichtelijk
en eenvoudig, en (indien u een vermogensbeheerder in de arm heeft genomen)
weet u precies waarin u belegt: transparantie gegarandeerd.
De tussenweg
Zowel aan actief als passief beleggen kleven na- en voordelen. De grootste
nadelen van beide manieren van beleggen zijn duidelijk: beleggers die denken
alfa te genereren doen het in de meeste gevallen niet en de meeste passieve
beleggers zullen nooit hun benchmark outperformen, omdat ze deze volgen.
Een optimale belegging zou dus het beste uit beide werelden moeten combineren.
Hierbij zou de focus moeten liggen op meetbaar risico in plaats van mogelijk
rendement.
In de praktijk komt dit in mijn ogen op het volgende neer: door in je
beleggingen te spreiden over verschillende categorieën (asset classes),
sectoren en regio’s creëer je in feite een goede afspiegeling van de
wereldwijde financiële markten.
Op deze manier volg je de markt in zijn geheel, waarbij je dus vervolgens niet
aan stockpicking doet (een actieve selectie van aandelen). Vervolgens bepaal
je de maximaal toegestane volatiliteit (maatstaf voor risico) op basis
waarvan de portefeuille risicovoller ingedeeld mag worden, zodat (een klein
stukje) alfa gecreëerd kan worden.
In tegenstelling tot het statische karakter van passief beleggen is dit een
dynamisch proces en zou de portefeuille continu doorgerekend moeten worden,
om te kijken of de portefeuille nog in lijn is met het risicoprofiel en de
wensen van de belegger. Klinkt niet al te ingewikkeld. Ik noem het:
beta-plus.
Erik Drijkoningen is hoofd Product Ontwikkeling bij Ohpen,
de nieuwe online beleggingsinstelling uit Amsterdam.
Lees ook:
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl